Zitting van 26 02 2024

Openbare zitting

Notulen vorige zitting

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt unaniem de notulen van de zitting van 18 december 2023 goed.

Zitting van 26 02 2024

Openbare zitting

Kennisname besluit gouverneur jaarrekening 2022

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het besluit van de gouverneur tot goedkeuring van de jaarrekening over het financiële boekjaar 2022 van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Boortmeerbeek.

Zitting van 26 02 2024

Openbare zitting

Actieplan PBW 2024

Overwegende dat het gemeente -en OCMW-bestuur jaarlijks het actieplan PBW moet vaststellen voor haar werknemers;

Overwegende dat het actieplan bijdraagt tot de algemene veiligheid in de arbeidssituatie;

Overwegende het overleg met en het voorstel van de intergemeentelijke interne veiligheidsdienst;

Overwegende dat dit actieplan met de representatieve vakorganisaties werd overlegd op 31 januari 2024;

Gelet op de wetgeving over het welzijn op het werk;

Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

BESLUIT: eenparig.
 

art. 1

Het actieplan PBW 2024 als volgt vast te stellen:

●        Opleiding nieuwe wegcode

●        Welzijn: risicoanalyse beeldschermwerk (verderzetting 2023).
 

art. 2

De gemeenschappelijke interne veiligheidsdienst op de hoogte te stellen van dit besluit.

Zitting van 26 02 2024

Openbare zitting

RPR wijziging tarief vergoeding woon-werkverkeer

Gelet op het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 27 november 2023 met betrekking tot de goedkeuring van de rechtspositieregeling voor het gemeente en het OCMW-personeel;

Gelet op artikel 219 van de rechtspositieregeling dat voorziet in de toekenning van een vergoeding voor de woon-werkverplaatsingen die worden afgelegd met een eigen voertuig;

Overwegende dat deze vergoeding wordt berekend op basis van een tabel toegevoegd als bijlage 2 bij de rechtspositieregeling;

Overwegende dat het onmogelijk blijkt volgens deze tabel op een administratief haalbare wijze de berekening van de vergoedingen te organiseren;

Overwegende dat bij lokale besturen geen gelijke werkwijze gevonden wordt;

Overwegende dat daardoor het wenselijk is om met een eenvormig tarief per afgelegde kilometer te kunnen werken;

Gelet op het protocol van akkoord afgesloten in het BOC van 31 januari 2024;

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

BESLUIT: eenparig.
 

art. 1

Bijlage 2 van de rechtspositieregeling betreffende de tabel over de vergoedingen voor het woonwerkverkeer te vervangen door een forfaitaire kilometervergoeding op basis van volgende regeling:

●        Het bedrag van de woon-werkvergoeding met eigen wagen bedraagt 0,15 EUR/km.

●        Deze afstand wordt eenmaal per dag in rekening gebracht. De vergoeding geldt dus enkel voor een verplaatsing heen en niet voor de verplaatsing terug.

●        Voor de berekening van de afstand wordt uitgegaan van de kortst mogelijke verplaatsing tussen woonplaats en werkplek.

●        Een begonnen kilometer wordt beschouwd als een volledige kilometer (bv. 6,2 km = 7 km).

●        Er is geen minimum of maximum afstand die de vergoeding begrenst. Tot 470,00 EUR per jaar (aanslagjaar 2024) is de tegemoetkoming fiscaal vrijgesteld. Vergoedingen boven dit bedrag worden fiscaal verrekend via de belastingbrief.

●        Er hoeft geen hoofdvervoersmiddel gekozen te worden.  Er is echter geen dubbel gebruik mogelijk tussen een trein- of busabonnement en een vergoeding woon-werk met fiets of auto.

art. 2

Dit besluit te publiceren via de gemeentelijke webtoepassing.

Zitting van 26 02 2024

Openbare zitting

Invorderingsreglement niet-fiscale vorderingen

Overwegende dat het aangewezen is om kosten aan te rekenen voor de inning van laattijdige betalingen van niet-fiscale vorderingen aan het OCMW. De argumentatie hiervoor is dubbel:

●        Door schuldenaars de door hun toedoen gemaakte kosten te laten betalen zullen ze in de toekomst meer geneigd zijn om tijdig te betalen;

●        Als de invorderingskosten niet verhaald worden op de wanbetalers, worden deze gedragen door iedereen, dus vooral door de tijdige betalers, wat uiteraard niet fair is;

Overwegende dat volgens artikel 177, tweede lid van het decreet lokaal bestuur, die kosten naast de loutere verzendingskost, ook een kost voor de administratieve opvolging van de betaling kunnen omvatten. Daarvoor kan een forfaitair tarief vastgesteld worden. Voorwaarde luidt dat het tarief redelijk moet blijven;

Overwegende dat in navolging van artikel 288 van het decreet lokaal bestuur gekozen wordt voor een onmiddellijke inwerkingtreding;

Gelet op de financiële toestand van het OCMW;

Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

BESLUIT: eenparig.
 

art. 1

Er wordt een invorderingsreglement voor niet fiscale vorderingen ingevoerd.

art. 2

De kosten worden vastgesteld als volgt:

1. De verzending van de eerste aanmaning is gratis. De betalingstermijn wordt verlengd met 15 dagen;
2. Voor de verzending van de tweede aangetekende aanmaning wordt een kost van 7,50 EUR aangerekend. De betalingstermijn wordt verlengd met 10 dagen;
3. Voor de verzending van de laatste aangetekende aanmaning wordt een kost van 15,00 EUR aangerekend. De betalingstermijn wordt verlengd met 5 dagen;
4. Bij niet betaling van de laatste aanmaning zal het dossier worden overgedragen aan de deurwaarder via de correcte procedure.

art. 3

Vanaf heden treedt dit reglement in werking.

Zitting van 26 02 2024

Openbare zitting

Onverenigbaarheid mandaten

VRAAG: Wanneer is er een onverenigbaarheid van de mandaten in de gemeenteraad - OCMW en het Bijzonder Comité? 

ANTWOORD: Er is geen onverenigbaarheid tussen beide mandaten. Enerzijds is het bij lezing van artikel 87§1-1° DLB toegelaten dat het bijzonder comité voor de sociale dienst volledig uit leden van de gemeenteraad bestaat of zelfs gelijk is aan het vast bureau. Anderzijds verklaart art. 100 DLB artikel 10 DLB van overeenkomstige toepassing voor de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst. Dit betekent dat dezelfde redenen om niet te kunnen zetelen gelden ten aanzien van de leden onderling binnen het bijzonder comité voor de sociale dienst en niet tussen deze leden en de leden van de gemeenteraad. In artikel 10 DLB moet door lezing van artikel 100 het begrip "gemeenteraad" daar gelezen worden als "bijzonder comité voor de sociale dienst".

Zitting van 26 02 2024

Openbare zitting

Gebruik noodwoning

VRAAG: Wij wensen graag de besluiten en de motivatie wanneer men een bewoner uit zijn eigen woning laat zetten door de politie in opdracht van de burgemeester. Wat is de rol geweest van het OCMW?

ANTWOORD: De burgemeester eveneens in haar hoedanigheid van voorzitter van het vast bureau stelt dat er geen informatie kan verstrekt worden over een individueel dossier. In het algemeen zal de burgemeester optreden volgens de wettelijke opdracht wanneer er een nood- of veiligheidssituatie is. De noodwoning die via Woontrots beschikbaar gesteld werd aan de gemeente is momenteel in voorbereiding, zowel materieel qua inrichting als administratief qua reglementering, dewelke nog aan de raad voor maatschappelijk welzijn respectievelijk de gemeenteraad zal worden voorgelegd. Immers voorziet het Vlaams beleid ter zake dat, naast de aanwending bij calamiteiten, de noodwoningen die worden verwezenlijkt onder meer worden ingezet in functie van het lokale woningkwaliteitsbeleid en het beleid ter preventie van uithuiszettingen.