Kris Lamberts Patrick Pelsmaekers Lobke Michiels Wouter Decat Ellen Leaerts Audrey Bogaerts Nick Doms Alex De Coninck Remi Serranne Brent Vercauter Hans Crol Willy Stroobants Johan Neefs Annick DeKeyser Ann Morissens Marc Usewils Jurgen Vervaeck Nele Hiers Michel Baert Vally Mommens Daisy De Neef Bert Meulemans Karin Derua Cynthia Van de Vloet Patrick Pelsmaekers Lobke Michiels Wouter Decat Ellen Leaerts Audrey Bogaerts Nick Doms Alex De Coninck Remi Serranne Brent Vercauter Hans Crol Willy Stroobants Johan Neefs Annick DeKeyser Ann Morissens Marc Usewils Jurgen Vervaeck Nele Hiers Michel Baert Vally Mommens Daisy De Neef Bert Meulemans Karin Derua Cynthia Van de Vloet Willy Stroobants Alex De Coninck Nick Doms Lobke Michiels Annick DeKeyser Patrick Pelsmaekers Johan Neefs Remi Serranne Ellen Leaerts Bert Meulemans Marc Usewils Daisy De Neef Michel Baert Cynthia Van de Vloet Nele Hiers Jurgen Vervaeck Hans Crol Karin Derua Brent Vercauter Vally Mommens Audrey Bogaerts Wouter Decat Ann Morissens aantal voorstanders: 13 , aantal onthouders: 2 , aantal tegenstanders: 8 Goedgekeurd
De gemeenteraad,
Juridische grond:
De Grondwet, meer bepaald 41, 162 en 170, § 4.
Het Wetboek van de inkomstenbelastingen van 10 april 1992 en het Invorderingswetboek van 13 april 2019.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikelen 2, 40 § 3, 41,14°, 56, § 3, 7°, 252, 285 t.e.m. 288, 300 en 326 t.e.m. 335.
Het Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register en betreffende de raadpleegbaarheid van de besluiten van de politiezones en hulpverleningszones.
De Omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 aangaande het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
De gecoördineerde Omzendbrief van 10 juni 2011 inzake onderrichtingen over gemeentefiscaliteit vanwege het Agentschap voor Binnenlands Bestuur.
De Omzendbrief KB/ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit van 15 februari 2019.
Het gemeenteraadsbesluit van 16 december 2019 betreffende goedkeurig van de belasting op masten en pylonen voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025.
Financiële impact:
De opbrengst van deze belasting is voorzien in het meerjarenplan 2026-2031 onder de jaarbudgetrekening BP2026_2031-0/ACT-134/0020-00/73609000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN/O/0
en zijn dus noodzakelijk voor het behoud van een gezonde financiële toestand van de gemeente.
Feiten, context en argumentatie:
Het belastingreglement op masten en pylonen, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 16 december 2019, voor de periode van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2025, vervalt op 31 december 2025. De gemeente wenst deze belasting te hernieuwen en integraal te vervangen door dit belastingreglement op masten en pylonen voor de aanslagjaren 2026 tot en met 2031.
De financiële toestand van de gemeente en de wettelijke verplichting om een financieel evenwicht te handhaven rechtvaardigt en vereist de invoering van alle rendabele belastingen.
Masten en pylonen belasten bovendien de beperkte nog resterende open ruimte en worden door hun hoogte en specifieke karakter ervaren als landschapsverstorend en hinderlijk door zowel de bewoners als de bezoekers van de gemeente.
Bovendien heeft de aanwezigheid van masten en pylonen een substantiële negatieve invloed op de aantrekkingskracht van de gemeente, zowel als landelijke woonomgeving en als toeristische bestemming.
Hetisdanookbillijkomeenspecifiekebijdrageplichttenlastevandeeigenaarsvanmastenenpylonen opteleggen.Geletophetfeitdatdeaanwezigheidvaneenmastofpyloonaanzienlijkeimpactheeftop de publieke ruimte en infrastructuur en dat zowel de eigenaar(s) van de mast of pyloon, de eigenaar(s) van de grond waarop deze werden opgericht, als de uitbater(s) ervan allen in zekere mate economisch voordeel halen uit de aanwezigheid en het gebruik van deze installaties, en om een efficiënte belastinginningendegelijkheidtussenbelastingschuldigentewaarborgen,ishetaangewezenomdeze partijen hoofdelijk aansprakelijk te stellen voor de betaling van de belasting.
Erwordtgeopteerdomdemastenenpylonenmeteenhoogtevanminimaal18,5 metertebelastengezien ze vanaf deze hoogte als landschapsverstorend worden ervaren.
Talrijke Vlaamse steden en gemeenten hebben dergelijke belasting ingevoerd met tarieven tot 5.000,00 euro per mast of pyloon per jaar.
Het is billijk om het bedrag van de belasting te laten afhangen van de mate waarin de mast of de pyloon bijdraagt tot de landschapsverstoring, de visuele hinder en vervuiling en het doorbreken van de vrije open ruimte.
Daarbij worden de volgende principes gehanteerd:
● Een individuele op zichzelf staande pyloon met een hoogte van minstens 18,5 meter boven het maaiveld wordt als meer landschapsverstorend en visueel vervuilend beschouwd dan een mast die geplaatst wordt op of tegen een bestaande constructie en zich situerend op een hoogte van minstens 18,5 meter te meten vanaf het maaiveld, wat een hoger belastingtarief voor pylonen rechtvaardigt. Eentariefvan5.000,-europerpyloonperjaar en 2.500,- euro per mast per jaarwordtalsredelijkbeschouwdgeletopdeenorme negatieveimpactvandergelijkeconstructiesopéénvandebelangrijkstetroevenvandegemeente,met name het landschap.
● In geval zich meerdere masten van eenzelfde eigenaar bevinden op eenzelfde bestaande constructie, worden deze gezamenlijk als één mast van de betreffende eigenaar beschouwd, om overbelasting ten aanzien van eenzelfde belastingplichtige te vermijden op eenzelfde activiteit vanuit eenzelfde locatie.
● In geval zich één of meerdere masten bevinden op een bestaande pyloon, het reeds grote landschapsverstorende en visueel vervuilende karakter van de betreffende pyloon door de aanwezigheid van deze masten niet bijkomend wordt verzwaard. De betreffende masten vormen immers als het ware een onderdeel van de pyloon. In concreto impliceert voorliggend principe dat masten die geplaatst werden op of tegen een bestaande pyloon niet apart of supplementair worden belast.
Onderartikel5vanhetreglementzijneenaantalvrijstellingen opgenomen.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit raadt aan om een belastingvermindering of vrijstelling voor constructies voor het produceren van groene stroom op te nemen.
De Raad van State heeft geoordeeld dat differentiaties ter aanmoediging van de productie van groene stroom een objectief en redelijk criterium uitmaken die het landschapsverstorende karakter van demastenenpylonencompenseren(RvS14januari2014,nr.226.034enRvS16juni2015,nr.231.593).
Er wordt ook voorzien in een vrijstelling voor verlichtingsmasten en -pylonen, gelet op de maatschappelijke bijdrage die deze verlichtingsmasten en -pylonen leveren in het kader van de bevorderingvandeopenbareveiligheid,hetgeenopvoldoendewijzehetlandschapsverstorendekarakter ervan compenseert. Bovendien ervaart de bevolking minder problemen met de aanwezigheid van dergelijke verlichtingsmasten of -pylonen, nu deze veeleer als van nature thuis horen in het bestaande landschap. Verder heerst er voor deze constructies geen gevoel van het bestaan van een gezondheidsrisico onder de bevolking.
Voor masten en pylonen die eigendom zijn van of gebruikt worden door de gemeente, OCMW of het AGB wordt ook in een vrijstelling voorzien.
Er wordt ook in een vrijstelling voorzien voor masten en pylonen die gebruikt worden voor openbare hulpverlenings-enveiligheidsdienstendieprimaireoverheidstakenuitvoeren.VolgensdeRaadvanState zijn vrijstellingen voor deze constructies die primaire overheidstaken uitoefenen objectief en redelijk verantwoord (RvS 16 juni 2015, nr. 231.593).
Het bestuur wenst tenslotte masten en pylonen voor louter recreatief gebruik vrij te stellen gezien het niet-bedrijfsmatigoogmerkenkaraktervandeconstructieswaarbijhobbyenamateurmetbetrekkingtot het gebruik van de mast of pyloon centraal staan en de constructie niet voor lucratieve doeleinden is bestemd. Deze constructies voor recreatief gebruik zijn duidelijk te onderscheiden van de constructies vananderecommerciëleondernemingengeziendeafwezigheidvaneenbedrijfsmatigaspect,waardoor debijdragecapaciteitvaneigenarenvanconstructiesbestemdvoorhobbyenamateurnietvergelijkbaar is met die van andere, commerciële ondernemingen. Onder masten en pylonen die louter recreatief gebruikt worden zijn onder meer begrepen: masten en pylonen die gebruikt worden in het kader van sportbeoefening, masten en pylonen met een religieuze functie en masten en pylonen die gebruikt worden voor lokale radiozenders en amateurs zodat hiervoor niet meer in een afzonderlijke vrijstellingsgrond moet voorzien worden. Lokale radiozenders en amateurs hebben bovendien een belangrijke maatschappelijke en informatieve functie voor de plaatselijke bevolking.
Hetbestuurisvanoordeeldathetfinancieelvoordeelenlandschapsverstorendkaraktervanvoormelde vrijgestelde masten en pylonen voldoende wordt gecompenseerd door het maatschappelijk belang (belangrijke maatschappelijke, sociale en/of informatieve functie) zodat hiervoor vrijstelling kan worden verleend. Bovendien worden dergelijke constructies door de bevolking minder als storend ervaren en heerst er geen perceptie van het bestaan van een gezondheidsrisico.
Inzake de belastingverhoging (artikel 10 van het reglement) wordt ervoor gekozen om met een progressieveschaaltewerkengelet op het gelijkheids- en evenredigheidsbeginsel.
BESLUIT: 13 stemmen ja: Lobke Michiels, Michel Baert, Annick DeKeyser, Bert Meulemans, Ellen Leaerts, Nick Doms, Daisy De Neef, Willy Stroobants, Patrick Pelsmaekers, Johan Neefs, Marc Usewils, Alex De Coninck en Remi Serranne.
8 stemmen tegen: Karin Derua, Audrey Bogaerts, Hans Crol, Jurgen Vervaeck, Cynthia Van de Vloet, Brent Vercauter, Vally Mommens en Nele Hiers.
2 onthoudingen: Ann Morissens en Wouter Decat.
art. 1
Gelet op de ter zitting ingediende en na stemming verworpen amendementen ingediend door de Open Vld-fractie die de wijziging van de oorspronkelijk tekst op volgende wijze voorstelt:
● In artikel 4 - Berekeningsgrondslag en tarief, §1, de tekst te wijzigen als volgt: Pyloon: 2.500,00 EUR per jaar Mast: 2.500,00 EUR per jaar.
● In artikel 5 - vrijstellingen, de volgende tekst te schrappen: 'masten of pylonen die eigendom zijn van of gebruikt worden door de gemeente of OCMW of het AGB'.
Het reglement belasting op masten en pylonen voor de aanslagjaren 2026 tot en met 2031 als volgt vast te stellen:
Artikel 1 - Heffingstermijn en belastbaar feit
Voor de aanslagjaren 2026 tot en met 2031 wordt een jaarlijkse belasting geheven op masten en pylonen die zich op 1 januari van het aanslagjaar in open lucht op het grondgebied van de gemeente Boortmeerbeek bevinden en zichtbaar zijn vanaf de openbare weg.
Artikel 2 - Definities
Voor toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:
● ‘mast’: een vaststaande verticale structuur die op een dak of andere bestaande constructie is geplaatst en waarbij de hoogte van de constructie en mast samen minstens 18,5 meter, te meten vanaf het maaiveld, bedraagt.
● ‘pyloon’: een individuele en op zichzelf staande verticale constructie, met uitsluiting van gebouwen, opgericht op het niveau van het maaiveld en met een hoogte van minstens 18,5 meter, te meten vanaf het maaiveld
Artikel 3 - Belastingplichtige
§1. De belasting is verschuldigd door de eigenaar van de mast of pyloon op 1 januari van het aanslagjaar. Indien er meerdere eigenaars zijn, zijn zij allen hoofdelijk gehouden tot betaling van de totale belastingschuld.
§2. De eigenaars van de grond waarop de mast of pyloon werd opgericht en de uitbaters van de mast of pyloon, zijn allen hoofdelijk gehouden tot betaling van de totale belastingschuld.
Artikel 4 - Berekeningsgrondslag en tarief
§1. Het bedrag van de belasting per mast of pyloon wordt vastgesteld als volgt:
● Pyloon: 5.000,00 EUR per jaar
● Mast: 2.500,00 EUR per jaar
§2. In geval zich meerdere masten van eenzelfde eigenaar op of tegen eenzelfde bestaande constructie bevinden, worden deze als één mast beschouwd. In geval zich één of meerdere masten op of tegen een bestaande pyloon bevinden, worden deze als onderdeel van de pyloon beschouwd.
§ 3. De belasting is jaarlijks en ondeelbaar verschuldigd. Er wordt geen vermindering of terugbetaling van de belasting toegestaan als de mast of pyloon in de loop van het aanslagjaar wordt weggenomen.
Artikel 5 - Vrijstellingen
Worden vrijgesteld van deze belasting:
● masten of pylonen die worden gebruikt voor de productie van windenergie of andere vormen van groene stroom;
● masten of pylonen die dienstig zijn voor de verlichting ten behoeve van de veiligheid;
● masten of pylonen die eigendom zijn van of gebruikt worden door de gemeente of OCMW of het AGB;
● masten of pylonen die gebruikt worden voor openbare hulpverlenings- en veiligheidsdiensten die primaire overheidstaken uitvoeren;
● masten of pylonen die gebruikt worden voor louter recreatief gebruik.
Artikel 6 - Aangifteplicht
§1 Elke belastingplichtige is verplicht uiterlijk op 1 juli van het aanslagjaar bij het gemeentebestuur een aangifte te doen van het aantal masten en pylonen op het grondgebied van de gemeente op een door het gemeentebestuur ter beschikking gesteld aangifteformulier. Hij kan een aangifteformulier bekomen op eenvoudig verzoek bij de administratie of via de website van de gemeente. De aangifte kan ook digitaal gebeuren via het online formulier op de gemeentelijke website.
Valt de uiterste indieningsdatum op een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag, dan wordt de vervaldag verplaatst naar de eerstvolgende werkdag. De aangifte bevat alle noodzakelijke inlichtingen voor het vestigen van een aanslag.
§2. Een belastingplichtige die niet spontaan een aangifteformulier heeft gekregen, kan dit op eenvoudig verzoek bekomen bij het gemeentebestuur of downloaden van de gemeentelijke website. Het niet spontaan verkrijgen van een aangifteformulier ontslaat de belastingplichtige niet van zijn aangifteplicht noch van de belasting.
§3.Deaangiftemoetwordeningediendopvolgendadres:gemeentebestuur, t.a.v. de financiële dienst – Pastorijstraat 2 te 3190 Boortmeerbeek ofviaelektronischeweg,meerbepaaldpere-mailnaar fd@boortmeerbeek.be. De aangifte kan ook digitaal gebeuren via het online formulier op de gemeentelijke website.
Als aangiftedatum geldt de postdatum of bij afgifte, de datum vermeld op het ontvangstbewijs. Ingeval van verzending via e-mail of via het online formulier op de gemeentelijke website geldt de datum van de elektronische verzending als datum van indiening van de aangifte.
Artikel 7 - Meldingen
De belastingplichtige moet elke wijziging van de belastbare toestand binnen de maand na de wijziging, op eigen initiatief, melden aan het gemeentebestuur - financiële dienst op volgend Pastorijstraat 2 te 3190 Boortmeerbeek, of via het e-mailadres fd@boortmeerbeek.be of digitaal via de gemeentelijke website.
Artikel 8 - Controle en onderzoek
Het gemeentebestuur controleert de oprechtheid van de aangiften. De belastingplichtigen zijn verplicht deze controle te vergemakkelijken. De gemeente mag de waarachtigheid van de onderschreven aangiften nagaan met al de middelen waarover zij beschikt. Daartoe aangestelde personeelsleden zijn bevoegd elke inbreuk op het huidig reglement vast te stellen en moeten daarvoor toegang krijgen tot alle plaatsen waar de belastbare feiten plaats hebben.
Artikel 9 - Inkohiering
De belasting wordt gevestigd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar wordt verklaard door het College van Burgemeester en Schepenen.
Artikel 10 - Betalingstermijn
De belasting moet worden betaald binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 11 - Bezwaar
De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan tegen zijn aanslag, een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en schepenen overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen 3 maanden te rekenen vanaf de datum waarop de belastingplichtige het aanslagbiljet heeft ontvangen of vanaf de kennisgeving van de aanslag.
Het aanslagbiljet wordt geacht ontvangen te zijn op de derde werkdag die volgt op de datum van de verzending van het aanslagbiljet. Als het aanslagbiljet verzonden werd via elektronische weg, geldt de datum van de elektronische verzending als datum van zijn verzending. Als het bestuur en de belastingplichtige hetzelfde informatiesysteem gebruiken om berichten elektronisch uit te wisselen, wordt het aanslagbiljet geacht ontvangen te zijn op het tijdstip waarop het aanslagbiljet toegankelijk wordt voor de belastingplichtige.
Bezwaarschriften kunnen per Pastorijstraat 2 te 3190 Boortmeerbeek.be of via elektronische weg per e-mail fd@boortmeerbeek.be worden ingediend binnen de termijn en onder de voorwaarden zoals hierboven vermeld.
De indiening van het bezwaarschrift via elektronische weg geldt als uitdrukkelijke instemming van de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger om berichten binnen de bezwaarprocedure via die elektronische weg uit te wisselen. Als het bezwaarschrift verzonden wordt via elektronische weg, geldt de datum van de elektronische verzending als datum van indiening van het bezwaar.
Het college van burgemeester en schepenen of het personeelslid dat zij speciaal daarvoor aanwijst, bericht schriftelijk ontvangst binnen vijftien dagen na de indiening van het bezwaarschrift.
Indien de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger dat in zijn bezwaarschrift heeft gevraagd, zal de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger uitgenodigd worden op een hoorzitting.
Artikel 12 - Bekendmaking, inwerkingintreding en bestuurlijk toezicht
Het belastingreglement wordt afgekondigd en bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286 t.e.m. 288 van het decreet over het lokaal bestuur.
Dit besluit vervangt het besluit van de gemeenteraad van 16 december 2019 op masten en pylonen en treedt in werking op 1 januari 2026.
De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur.
Register der bekendmakingen
Deze webpagina vormt het openbare register van gemeentelijke reglementen en verordeningen, in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2023 betreffende de bekendmakingen en raadpleegbaarheid van besluiten en documenten van het lokale bestuur met betrekking tot de manier waarop ze moeten worden bijgehouden.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, zal er een expliciete "bundel" van het document worden opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker.
Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie heeft plaatsgevonden.
Al deze gegevens staan in een aparte publicatie omgeving die beveiligd en toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.