De gemeenteraad,
Juridische grond:
Grondwet, meer bepaald de artikelen 41, 162 enartikel170§4vandegrondwetwaarin o.a. bepaaldwordtdatgeenlastofbelastingdoorde agglomeratie,de federatievan gemeentenen de gemeentekanwordeningevoerd dan dooreen beslissing van hun raad.
WetboekvandeInkomstenbelastingenvan 10 april 1992 en het Invorderingswetboek van 13 april 2019.
Decreetvan30mei2008betreffendedevestiging,deinvorderingendegeschillen- procedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald de artikelen 2, 40 § 3, 41,14°, 56, § 3, 7°, 252, 285 t.e.m. 288, 300 en 326 t.e.m. 335 en haar latere wijzigingen, waarin o.a.bepaaldwordtdatdegemeenteraaddegemeentelijkereglementenvaststelt,waaronderde gemeentelijke belasting- en retributiereglementen.
Koninklijk Besluit van 28 december 1950 houdende het algemeen reglement op de gerechtskosten in strafzaken, inzonderheid op artikel 93, 4°.
Omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 aangaande het Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Omzendbrief KB/ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit van 15 februari 2019.
Het belastingreglement op vervoer van personen met een politievoertuig van 16 december 2019 voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025.
Financiële impact:
Gezien de ontvangsten zijn ingeschreven in het meerjarenplan 2026-2031 onder jaarbudgetrekening BP2026_2031-0/ACT-134/0020-00/73120000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN/O/0 en dus noodzakelijk zijn voor het behoud van een gezonde financiële toestand van de gemeente.
Motivering:
Het belastingreglement op vervoer van personen met een politievoertuig, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 16 december 2019, vervalt op 31 december 2025. Het belastingreglement op vervoer van personen met een politievoertuig moet worden hernieuwd voor de aanslagjaren 2026 t.e.m. 2031.
Het is billijk is om sommige kosten die worden gemaakt ingeval van tussenkomst van de lokale politie terug te vorderen.
Er wordt aan personen die overlast veroorzaken van die aard dat een vervoer per politievoertuig noodzakelijk wordt, een belasting opgelegd die, enerzijds, een bijdrage vormt in de door hen veroorzaakte kosten en, anderzijds, beoogt recidive te voorkomen.
De politiezone Boortmeerbeek-Haacht-Keerbergen is niet gemachtigd om zelf belastingen vast te stellen. Daarom moet de belasting vastgesteld worden door de gemeenteraden en verloopt de inning ook via de gemeentelijke administratie.
De ontvangsten zijn onontbeerlijk voor de continuïteit van de algemene werking van de gemeente.
De financiële toestand van de gemeente vereist dus het heffen van deze belasting.
BESLUIT: eenparig.
art. 1
Het reglement belasting op vervoer van personen met een politievoertuig voor de aanslagjaren 2026 tot en met 2031 als volgt vast te stellen:
Artikel 1 - Heffingstermijn en belastbaar feit
§1. Er wordt voor de aanslagjaren 2026 tot en met 2031 een belasting gevestigd op het vervoer van personen met een politievoertuig.
§2. Deze belasting is verschuldigd in de volgende gevallen:
● openbare dronkenschap of vermoedelijke alcoholintoxicatie ten gevolge van een positieve ademanalyse of de weigering om een ademanalyse te ondergaan;
● het veroorzaken van overlast, zijnde gedragingen die de levenskwaliteit van inwoners kunnen beperken op een wijze die de normale druk van het sociale leven overschrijdt, waardoor de normale last die het leven in de samenleving onvermijdelijk meebrengt wordt overstegen;
● bestuurlijke aanhouding, om welke reden ook.
§3 De belasting is niet verschuldigd indien blijkt dat de interventie werd uitgevoerd op andere gronden.
De belasting is niet verschuldigd bij het vervoer van gerechtelijk aangehouden personen bedoeld in artikel 93, 4° van het algemeen reglement op de gerechtskosten in strafzaken.
Artikel 2 - Belastingplichtige
De belastingplichtige is de vervoerde persoon of in voorkomend geval, de voor hem burgerlijk verantwoordelijke persoon.
Artikel 3 - Berekeningsgrondslag en tarief
§1. De belasting bedraagt 100,00 EUR per rit en per vervoerde persoon. De belasting is forfaitair, ondeelbaar en verschuldigd per belastbaar feit, zoals omschreven in artikel 1.
De belasting is verschuldigd vanaf het moment waarop de vervoerde persoon op zijn eindbestemming is gebracht.
§2. Voor de toepassing van dit reglement wordt onder een “rit” verstaan: het traject dat aanvangt bij het uitrukken van het politievoertuig en eindigt wanneer de betrokkene op zijn eindbestemming is afgezet.
Als eindbestemming geldt de plaats die, naargelang de omstandigheden, het meest aangewezen is, waaronder onder meer:
1° het politiecommissariaat;
2° de woonplaats van de betrokkene;
3° de verblijfplaats van een meerderjarige die het ouderlijk gezag of het feitelijk toezicht uitoefent;
4° een verpleeginstelling;
5° een cel in het politiekantoor;
6° elke andere plaats die, gelet op de concrete omstandigheden, als aangewezen kan worden beschouwd.
Artikel 4 - Wijze van inning
De belasting wordt geïnd na betalingsverzoek via factuur.
De belasting moet door de belastingplichtige zonder uitstel betaald worden tegen afgifte van een kwijting.
Als de contante inning niet zonder uitstel kan worden uitgevoerd, dan wordt de belasting ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 5 - Bezwaar
De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan tegen zijn aanslag een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en schepenen overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen 3 maanden te rekenen vanaf de datum waarop de belastingplichtige het aanslagbiljet heeft ontvangen of vanaf de kennisgeving van de aanslag of de datum van de inning van de contantbelasting.
Het aanslagbiljet wordt geacht ontvangen te zijn op de derde werkdag die volgt op de datum van de verzending van het aanslagbiljet. Als het aanslagbiljet verzonden werd via elektronische weg, geldt de datum van de elektronische verzending als datum van zijn verzending. Als het bestuur en de belastingplichtige hetzelfde informatiesysteem gebruiken om berichten elektronisch uit te wisselen, wordt het aanslagbiljet geacht ontvangen te zijn op het tijdstip waarop het aanslagbiljet toegankelijk wordt voor de belastingplichtige.
Bezwaarschriften kunnen per post Pastorijstraat 2 te 3190 Boortmeerbeek of via elektronische weg per e-mail fd@boortmeerbeek.be worden ingediend binnen de termijn en onder de voorwaarden zoals hierboven vermeld.
De indiening van het bezwaarschrift via elektronische weg geldt als uitdrukkelijke instemming van de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger om berichten binnen de bezwaarprocedure via die elektronische weg uit te wisselen. Als het bezwaarschrift verzonden wordt via elektronische weg, geldt de datum van de elektronische verzending als datum van indiening van het bezwaar.
Het college van burgemeester en schepenen of het personeelslid dat zij speciaal daarvoor aanwijst, bericht schriftelijk ontvangst binnen vijftien dagen na de indiening van het bezwaarschrift.
Indien de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger dat in zijn bezwaarschrift heeft gevraagd, zal de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger uitgenodigd worden op een hoorzitting.
Artikel 6 - Bekendmaking, inwerkingtreding en bestuurlijk toezicht
Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 Decreet Lokaal Bestuur.
Dit besluit vervangt het besluit van de gemeenteraad van 16 december 2019 betreffende de belasting op vervoer van personen met een politievoertuig en treedt in werking op 1 januari 2026.
De toezichthoudende overheid zal op de hoogte gebracht worden van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.
Register der bekendmakingen
Deze webpagina vormt het openbare register van gemeentelijke reglementen en verordeningen, in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2023 betreffende de bekendmakingen en raadpleegbaarheid van besluiten en documenten van het lokale bestuur met betrekking tot de manier waarop ze moeten worden bijgehouden.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, zal er een expliciete "bundel" van het document worden opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker.
Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie heeft plaatsgevonden.
Al deze gegevens staan in een aparte publicatie omgeving die beveiligd en toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.