De gemeenteraad,

 

Gelet op de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, artikel 29 quater;

 

Gelet op de nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988, artikel 119, 119bis en 135, §2;

 

Gelet op het Decreet van 9 oktober 2020 houdende diverse bepalingen over het gemeenschappelijk vervoer, het algemeen mobiliteitsbeleid, de weginfrastructuur en het wegenbeleid, en de waterinfrastructuur en het waterbeleid;

 

Overwegende dat de gemeenteraad de mogelijkheid heeft om in zijn reglementen of verordeningen administratieve geldboetes te bepalen voor beperkte snelheidsovertredingen waardoor deze worden gedepenaliseerd en het openbaar ministerie niet meer bevoegd is om deze snelheidsovertredingen strafrechtelijk af te handelen;

 

Overwegende dat deze mogelijkheid aan cumulatief toe te passen voorwaarden wordt gekoppeld;

 

Overwegende dat er op het grondgebied van de gemeente geen autosnelwegen of wegen met een hoger snelheidsregime dan maximaal toegelaten 50/u, waar de toepassing van deze reglementering uitgesloten is, zijn;

 

Overwegende dat een gemeentelijke administratieve geldboete ook uitgesloten is voor snelheidsovertredingen vastgesteld in woonerven, omdat de snelheid daar beperkt is tot 20 kilometer per uur;

 

Overwegende dat de snelheidsovertreding moet worden vastgesteld met automatisch werkende toestellen zoals vermeld in artikel 62 van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer waaronder zowel bemande als onbemande camera’s, vaste en mobiele camera’s kunnen worden begrepen;

 

Overwegende dat het gemeentebestuur de automatisch werkende toestellen waarmee de snelheidsovertredingen worden vastgesteld volledig zelf gefinancierd heeft;

 

Overwegende dat het gemeentebestuur bij besluit van de gemeenteraad van 28 maart 2022 de stad Mechelen en de politiezone MeWi verzocht heeft in een samenwerkingsverband de vaststelling en de sanctionering  te verzorgen;

 

Overwegende het akkoord van de korpschef van de politiezone Boortmeerbeek-Haacht-Keerbergen;

 

Overwegende dat het decreet voorziet dat de bedragen van de gemeentelijke administratieve geldboetes moeten overeenstemmen met de bedragen zoals vastgelegd door de Vlaamse Regering ter uitvoering van artikel 65, § 1, tweede lid van de wegverkeerswet zoals vastgelegd in artikel 2, 2° van het koninklijk besluit van 19 april 2014 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van overtredingen inzake het wegverkeer, wat heden concreet betekent dat de gemeentelijke administratieve geldboete voor de beperkte snelheidsovertredingen 53,00 EUR bedraagt voor de eerste 10 kilometer per uur boven de toegelaten maximumsnelheid te verhogen met telkens 11,00 EUR voor elke bijkomende kilometer per uur waarmee de toegelaten maximumsnelheid wordt overschreden in de door het decreet beschreven situaties en in alle andere gevallen te verhogen met telkens 6,00 EUR voor elke bijkomende kilometer per uur waarmee de toegelaten maximumsnelheid wordt overschreden;

 

Overwegende de specifieke administratieve procedure;

 

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

 

BESLUIT: eenparig.

art. 1

De gemeenteraad stelt de bijzondere politieverordening betreffende de gemeentelijke administratieve geldboetes voor beperkte snelheidsovertredingen vast als volgt:

 

Bijzondere politieverordening betreffende de gemeentelijke administratieve geldboetes voor beperkte snelheidsovertredingen

 

Hoofdstuk 1. Toepassingsgebied

Artikel 1. Het overschrijden van de toegelaten maximumsnelheid op plaatsen gelegen op het grondgebied van de gemeente Boortmeerbeek wordt gesanctioneerd met een gemeentelijke administratieve geldboete indien cumulatief voldaan is aan volgende voorwaarden:

• de snelheidsovertreding wordt begaan door een meerderjarige natuurlijke persoon of door een rechtspersoon;

• het betreft een overschrijding van de toegelaten maximumsnelheid met niet meer dan 20 kilometer per uur (na correctie met technische tolerantiemarge);

• de snelheidsovertreding wordt begaan op plaatsen waar de snelheid beperkt is tot 30 of 50 kilometer per uur;

• de snelheidsovertreding wordt vastgesteld volgens de voorwaarden vermeld in artikel 62 van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, met uitzondering van het zesde en achtste lid;

• de snelheidsovertreding wordt vastgesteld met automatisch werkende toestellen zoals vermeld in artikel 62 van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, die volledig worden gefinancierd door de lokale overheid;

• er wordt niet gelijktijdig een andere overtreding vastgesteld.

 

Hoofdstuk 2: De gemeentelijke administratieve geldboete

Artikel 2. De bedragen van de administratieve geldboetes voor de snelheidsovertredingen zoals omschreven in artikel 1 van deze verordening, zijn gelijk aan de bedragen vastgelegd  door de Vlaamse Regering in artikel 2, 2° van het koninklijk besluit van 19 april 2014 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van overtredingen inzake het wegverkeer.

 

Hoofdstuk 3. De administratieve procedure

Afdeling 1: Vaststelling

Artikel 3. De vaststelling van de snelheidsovertredingen zoals omschreven in artikel 1 van deze verordening gebeurt door de bevoegde personen vermeld in artikel 3 van het Koninklijk besluit 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.

 

Artikel 4. Het proces-verbaal van de overtreding wordt binnen veertien dagen nadat de overtreding is vastgesteld bezorgd aan de sanctionerend ambtenaar, vermeld in artikel 6 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.

 

Afdeling 2: Procedure voor de sanctionerend ambtenaar

Artikel 5. Binnen veertien dagen na de dag waarop de sanctionerend ambtenaar het proces-verbaal heeft ontvangen, bezorgt hij dat proces-verbaal samen met de vermelding van het bedrag van de administratieve geldboete per gewone brief aan de overtreder. De overtreder betaalt de administratieve geldboete binnen dertig dagen na de kennisgeving ervan, tenzij hij binnen diezelfde termijn zijn schriftelijke verweermiddelen bezorgt aan de sanctionerend ambtenaar. De betaling van de administratieve geldboete en het bezorgen van de schriftelijke verweermiddelen gebeuren overeenkomstig de wijze die in het betalingsverzoek is bepaald.

 

Artikel 6. Als de sanctionerend ambtenaar de schriftelijke verweermiddelen onontvankelijk of ongegrond verklaart, brengt hij de overtreder daarvan op de hoogte binnen dertig dagen na de dag waarop hij de verweermiddelen van de overtreder heeft ontvangen, met de vermelding van de administratieve geldboete die moet worden betaald. In dat geval wordt de administratieve geldboete betaald binnen dertig dagen na de kennisgeving van de beslissing van de sanctionerend ambtenaar op de wijze die in het betalingsverzoek is bepaald.

 

Artikel 7. Als de sanctionerend ambtenaar binnen dertig dagen na de dag waarop hij de schriftelijke verweermiddelen van de overtreder heeft ontvangen, de verweermiddelen van de overtreder niet onontvankelijk of ongegrond verklaart, worden die verweermiddelen geacht aanvaard te zijn.

 

Artikel 8. De beslissing om een administratieve geldboete op te leggen, heeft uitvoerbare kracht als ze definitief geworden is. De voormelde beslissing is definitief op een van de volgende tijdstippen:

• dertig dagen na de kennisgeving van de administratieve geldboete, zoals bepaald in artikel 5 van deze verordening, tenzij de overtreder binnen deze termijn zijn schriftelijke verweermiddelen bezorgt aan de sanctionerend ambtenaar of beroep aantekent bij de politierechtbank

• dertig dagen na de kennisgeving van de beslissing van de sanctionerend ambtenaar waarbij de schriftelijke verweermiddelen onontvankelijk of ongegrond worden verklaard, zoals bepaald in artikel 6 van deze verordening, tenzij degene aan wie de boete is opgelegd binnen deze termijn beroep aantekent bij de politierechtbank.

 

Artikel 9. Wanneer de sanctionerend ambtenaar tijdens de procedure vaststelt dat de voorwaarden om een administratieve geldboete op te leggen, zoals vermeld in artikel 1 van deze verordening, niet vervuld zijn, brengt hij de vaststeller van de overtreding daarvan op de hoogte zodat de strafrechtelijke procedure kan worden gevolgd.

 

Afdeling 3: Beroep bij de politierechtbank

Artikel 10. Tegen een beslissing waarbij een administratieve geldboete wordt opgelegd kan degene aan wie de boete is opgelegd binnen een maand na de kennisgeving van de beslissing volgens de burgerlijke procedure beroep aantekenen bij de politierechtbank. De politierechtbank oordeelt over de wettelijkheid en de proportionaliteit van de opgelegde administratieve geldboete. Hij kan de opgelegde administratieve geldboete bevestigen of herzien. De beslissing van de politierechtbank is niet vatbaar voor hoger beroep.

 

art. 2

De gemeenteraad geeft opdracht om deze bijzondere politieverordening bekend te maken op de webtoepassing van de gemeente.

 

art. 3

De bijzondere politieverordening zal in werking treden op de vijfde dag na bekendmaking ervan zoals bepaald in artikel 2 van dit besluit.

 

art. 4

De gemeenteraad geeft opdracht om een af schrift van deze beslissing en de bijzondere politieverordening te bezorgen aan de dienst bestuurlijke handhaving (GASAM) van de stad Mechelen, de politiezone MeWi, de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en de griffie van de politierechtbank alsook aan de Procureur des Konings en een elektronisch exemplaar aan de referentiemagistraten.